Nieuws

Vergelijking nettolonen 2016-2017

In 2016 zijn er 2 loonheffingstabellen van toepassing geweest. SALAR Nederland heeft het gewogen gemiddelde gepakt van deze loonheffingstabellen uit 2016 en deze vergeleken met de juist uitgekomen rekenregels van 2017. Uit deze vergelijking volgt hoeveel het nettosalaris van 2017 zal veranderen ten opzichte van 2016 bij een gelijkblijvend brutosalaris.

Zoals in grafiek 1 te zien is stijgt het netto salaris bij gelijkblijvend brutoloon voor de meeste inkomens. Vooral te zien bij lonen van €1670,00 tot €2.700,00 per maand (€20.000,00 tot €32.400,00 op jaarbasis) en van €5.600,00 tot €9.300,00 per maand (€67.200,00 tot €111.600 op jaarbasis). Inkomens met een maandloon tussen €765,00 en €1200,00 zullen in 2017 een lichte daling van maximaal €2,66 per maand op de loonstrook zien. Inkomens met lonen boven de €9.850,00 per maand zal ook het nettoloon erop achteruitgaan met maximaal €10,00.
In de volgende alinea’s worden de oorzaken van deze veranderingen besproken en uitgewerkt. Zowel de arbeidskorting, loonheffing en loonheffingskorting zijn aangepast en hebben hier allemaal invloed op. De gevolgen hiervan zullen we nader uitleggen aan de hand van grafieken 2 tot 4.

De grootste verandering voor 2017: Arbeidskorting.
De opbouw van de arbeidskorting begint net iets later, maar is wel steiler. Het maximum voor de arbeidskorting, zie grafiek 2a, ligt €10,00 hoger en de afbouw begint iets vroeger maar is ruim 0,6% minder steil. Het feit dat de opbouw van de arbeidskorting iets later zal beginnen heeft als gevolg dat lonen van €765,00 tot €1.360,00 minder arbeidskorting zullen ontvangen. Door het verhogen van de maximale arbeidskorting met €10,00 per maand zien we dus €10,00 netto voordeel bij werknemers die aan dit maximum zitten (€1.670,00-€2.700,00 per maand) en ook de gunstigere afbouw van de arbeidskorting heeft een positief effect op de nettolonen vanaf €2.700,00 tot €9.300,00 per maand van €5,00 tot €30,00 (zie grafiek 2b). Bij nog hogere lonen vervalt dit voordeel omdat bij dergelijke inkomens geen arbeidskorting wordt genoten. Deze grens is in 2017 verschoven naar €10.160,00 per maand.



De gevolgen van de verandering van loonheffing in de 2e en 3e schijf.
De loonheffing is in de 1e schijf onveranderd gebleven waardoor we geen verandering zien tot een salaris van €1.670,00. De loonheffing over de 2e en 3e schijf is in 2017 verhoogd naar 40,80%, een stijging van 0,45%. De loonheffing over de 4e schijf is ook gelijk gebleven.
De gevolgen voor de nettolonen hiervan zijn te zien in grafiek 3, de piek omhoog rond €5.550,00 maandinkomen wordt veroorzaakt door het naar rechts schuiven van de grens tussen de 3e en 4e schijf (van €5.535,00 naar €5.589,00 per maand).

De loonheffingskorting gaat €1,00 per maand omhoog.
Tot een inkomen van €540,00 per maand is er niet voldoende bruto loon om volledig gebruik te maken van de loonheffingskorting, maar lonen tussen€540,00 tot €1650,00 zullen €1,00 netto voordeel genieten door de aanpassing in loonheffingskorting.
Zoals te zien in grafiek 4 zal ook de afbouw van de loonheffingskorting iets trager verlopen in 2017, waardoor lonen tot €5.550,00 nog iets extra loonheffingskorting zullen genieten ten opzichte van 2016.


De totaalsom:
Indien we nu grafiek 1 nogmaals bekijken zien de dat deze grafiek een optelsom is van grafiek 2b, 3 en 4.
• Lonen van €540,00 tot €760,00 merken weinig van de verandering in arbeidskorting en gaan er dus €1,00 op vooruit door de verandering in loonheffingskorting.
• Lonen van €760,00 tot €1.200,00 gaan er iets op achteruit door de latere opbouw van de arbeidskorting.
• Lonen van €1.670,00 tot €2.700,00 gaan er met ongeveer €10,00 op vooruit door de verhoging in de maximum van de arbeidskorting.
• Lonen van €2.750,00 tot €5.500,00 hebben meer arbeidskorting en loonheffingskorting, maar ook meer loonheffing waardoor er slechts een zeer kleine verhoging in nettoloon zal zijn.
• Lonen vanaf €5.550,00 tot €9.300,00 gaan erop vooruit door de tragere afbouw in arbeidskorting, welke meer invloed heeft dan de verhoging in loonheffing.
• Lonen vanaf €9.900,00 gaan er netto op achteruit vanwege de hogere loonheffing in de 2e en 3e schijf.

In grafiek 5 is nogmaals grafiek 1 te zien, maar dan met percentage (%) op de y-as in plaats van Euro’s.

De informatie is gebaseerd op de cijfers, premies en heffingen van 2016/2017. Er is geen rekening gehouden met pensioenpremies, bedrijfstakfondsen en cao verhogingen. De informatie geldt voor personen die jonger dan de AOW-gerechtigde leeftijd zijn. Naast de wijzigingen in de loonbelasting, zijn er ook wijzigingen in de inkomstenbelasting (zoals bijvoorbeeld toeslagen en andere kortingen) en in de individuele (zorg)verzekeringen die invloed hebben op de koopkracht.
Met deze informatie is in dit overzicht geen rekening gehouden.

Eventuele wetswijzigingen en premiewijzigingen kunnen de informatie onbruikbaar maken. Er kunnen dan ook geen rechten ontleend worden aan deze informatie.